Wanneer is een verhuiskostenvergoeding verschuldigd bij renovatie en dringende werkzaamheden?

Blog

De wet voorziet in een regeling waarbij de huurder een vergoeding toekomt voor verhuiskosten die hij moet maken in verband met de renovatie door de verhuurder van het gehuurde. Maar het kan ook zo zijn dat de werkzaamheden niet alleen zien op renovatie van het gehuurde maar zijn te betitelen als dringende werkzaamheden, bijvoorbeeld het uitvoeren van reparaties. In een recente uitspraak van de Hoge Raad kwam aan de orde of in dat geval ook een verhuiskostenvergoeding betaald moest worden door de verhuurder en welke regels in dit verband gelden.

De casus

Een huurder huurde van een woningstichting een woning in Nijmegen. Er zaten nogal wat gebreken aan de woning. De huurder heeft de woningstichting een brief geschreven en daarin aangegeven dat het al lange tijd geleden was dat de woning was gerenoveerd en of de woningstichting daar wat aan kon doen. De woningstichting heeft geantwoord dat zij het zou onderzoeken. In vervolg op dat onderzoek heeft de woningstichting daadwerkelijk werkzaamheden laten verrichten. In de correspondentie zijn de werkzaamheden – voor zover bekend – steeds betiteld als renovatiewerkzaamheden. De huurder heeft later bij de woningstichting aanspraak gemaakt op een tegemoetkoming in de verhuis- en inrichtingskosten overeenkomstig de wettelijke regeling.
De woningstichting heeft de verschuldigdheid van de aanspraak van de huurder op de verhuis- en inrichtingskosten betwist en zich op het standpunt gesteld dat de werkzaamheden niet alleen renovatiewerkzaamheden betroffen maar ook het verrichten van dringende werkzaamheden. In de uitspraak van de Hoge Raad komt niet precies aan bod om wat voor soort werkzaamheden het dan precies betreft, maar daar gaat het eigenlijk ook niet om. Waar het om gaat is dat het Gerechtshof in hoger beroep prejudiciële vragen aan de Hoge Raad heeft gesteld en de Hoge Raad gevraagd heeft of in een geval als het onderhavige, dat er zowel renovatiewerkzaamheden als dringende werkzaamheden zijn verricht, aanspraak gemaakt kan worden op een verhuiskostenvergoeding; in dat verband heeft het Hof ook nog een aantal aanpalende vragen gesteld. De Hoge Raad heeft de volgende vuistregels aan het Gerechtshof meegegeven.

De uitspraak van de Hoge Raad

Een renovatie in de zin van artikel 7:220 lid 2 BW (onder renovatie wordt zowel sloop met vervangende nieuwbouw als gedeeltelijke vernieuwing door verandering of toevoeging verstaan) wordt geacht te leiden tot een toename van het woongenot. Het moet gaan om een (fysieke) verandering of toevoeging. Er is geen sprake van renovatie, indien bijvoorbeeld slechts aan de huurder geboden service wordt uitgebreid. Dringende werkzaamheden op de voet van artikel 7:220 lid 1 BW zijn niet (steeds) gericht op een toename van het woongenot. Een verhuiskostenvergoeding is slechts verschuldigd indien sprake is van renovatie, en de werkzaamheden die nodig zijn voor die renovatie, verhuizing noodzakelijk maken.
Een verhuiskostenvergoeding is niet verschuldigd indien uitsluitend dringende werkzaamheden of andere onderhoudswerkzaamheden worden verricht, ook al maken die werkzaamheden een verhuizing noodzakelijk.
Indien een renovatie met dringende werkzaamheden wordt gecombineerd is de verhuiskostenvergoeding slechts verschuldigd, indien de voor de renovatie nodige werkzaamheden op zichzelf beschouwd en ongeacht de overige werkzaamheden het noodzakelijk maken dat de huurder verhuist. Voor de verschuldigdheid van de verhuiskostenvergoeding is het niet van belang of de renovatie wel of niet op initiatief van de huurder geschiedt.
De regeling van de verhuiskosten is van dringend recht. De huurder kan geen afstand doen van zijn recht op de verhuiskosten bij renovatie. De regeling van artikel 7:220 lid 5–7 BW is dwingend recht. De regeling van artikel 7:220 lid 1–4 BW is regelend recht.

Conclusie

Als u te maken krijgt met werkzaamheden van een gemengd karakter, pak dan de richtlijnen van de Hoge Raad er bij om te kijken of aanspraak gemaakt kan worden op een verhuiskostenvergoeding. De door de Hoge Raad meegegeven vuistregels zijn immers leidend.

Klik hier voor de uitspraak.

Heeft u vragen naar aanleiding van dit artikel, neem dan contact op met één van onze specialisten huurrecht.