Over inscharen, uitscharen en de verdeling van fosfaatrechten

Blog

Schenkeveld Advocaten - koeien wei

In een recente uitspraak van de rechtbank Noord-Nederland stond de verdeling van fosfaatrechten tussen een uit- en een inschaarder centraal. De inschaarder weigerde de fosfaatrechten die hij voor het vee van de uitschaarder ontving over te dragen. Wat besliste de rechter?

De feiten

Partijen in deze zaak waren een melkveebedrijf en de eigenaar van een stuk grasland. Zij spraken af dat de eigenaar van het grasland in de periode van juni tot en met oktober 2015 tegen een vergoeding 25 pinken van de melkveehouder op zijn grasland zou inscharen. In die periode had de eigenaar van het grasland geen eigen melkvee.

Aldus geschiedde.

Vervolgens werd in januari 2018 het stelsel van fosfaatrechten ingevoerd. De omvang van de aan melkveebedrijven toe te kennen fosfaatrechten werd daarbij bepaald door het aantal dieren dat op 2 juli 2015 werd gehouden. Omdat de rechten werden toegekend aan degene die op 2 juli 2015 bij de RVO als houder van het vee stond geregistreerd, zijn de fosfaatrechten voor de pinken in dit geval toegekend aan de eigenaar van het grasland. Hij kreeg daardoor voor 502,06 kg aan fosfaatrechten.

Hierop verzocht de melkveehouder de eigenaar van het grasland de fosfaatrechten over te dragen (in 2017 had de eigenaar van het grasland wel meegewerkt aan het tekenen van een uitschaarverklaring onder de Regeling fosfaatreductieplan 2017). De eigenaar van het grasland stemde daar niet mee in. Hij wilde de fosfaatrechten gaan gebruiken voor een eigen biologisch melkveebedrijf. In kort geding stelde de voorzieningenrechter hem in het gelijk. Hij hoefde niet aan de overdracht van fosfaatrechten mee te werken.

Daarop startte de eigenaar van het grasland zijn biologisch melkveebedrijf. De melkveehouder startte een bodemprocedure.

De (tussen)uitspraak

In die bodemprocedure stond de rechtbank voor de vraag aan wie die 502,06 kg aan fosfaatrechten nu eigenlijk toekomen. In de uitspraak begint de rechtbank met de constatering dat de toekenning van fosfaatrechten een bestuursrechtelijke toekenning is, en dat dit niets zegt over wie in civiele verhoudingen de rechten of de waarde van de rechten toekomen.

Vervolgens overweegt de rechtbank dat de dieren, waarvoor de fosfaatrechten zijn toegekend, in 2015 deels door de melkveehouder en deels door de eigenaar van het grasland zijn gehouden. En dat zij in 2015 geen afspraken hebben gemaakt over de vraag aan wie rechten zoals fosfaatrechten toekwamen. Volgens de rechtbank ligt het daarom in de rede om de fosfaatrechten voor een heel jaar tussen partijen te verdelen in evenredigheid met de tijd waarin zij de dieren in dat jaar hebben gehouden.

Gelet op de feiten die door partijen naar voren zijn gebracht over de periode van inscharing in 2015, bepaalt de rechtbank vervolgens dat het melkveebedrijf de fosfaatrechten toekomen die nodig zijn om de dieren gedurende 8/12e deel van het jaar te houden. De eigenaar van het grasland komt 4/12e deel toe.

Omdat de eigenaren van het melkveebedrijf hun bedrijf inmiddels hebben verkocht, kan van overdracht van fosfaatrechten geen sprake meer zijn. Daarom moet de eigenaar van het grasland de waarde van 8/12e deel van de fosfaatrechten aan de melkveehouder vergoeden. Over de prijs moet de rechtbank zich nog uitlaten. Partijen mogen daarover eerst nog hun mening geven.

Conclusie

Uit deze zaak blijkt dat, als er op 2 juli 2015 sprake was van in- en uitscharing, goed gekeken moet worden naar wie nu eigenlijk de eigenaar is van de fosfaatrechten. Daarbij is van belang welke afspraken partijen daarover hebben gemaakt. Zijn die afspraken er niet? Dan moeten de fosfaatrechten in beginsel worden verdeeld in evenredigheid met de tijd waarin partijen de dieren in 2015 hebben gehouden. De verdeling die de rechtbank hier maakt is ook in eerdere jurisprudentie tussen inschaarders en uitschaarders terug te vinden. Is er geen sprake van uitscharing maar van een opfokovereenkomst, dan is in de rechtspraak tot nu toe aangenomen dat geen verdeling plaatsvindt en de fosfaatrechten blijven toebehoren aan de opfokker.

Vragen?

Heeft u hier een vraag over? Of een andere vraag over fosfaatrechten? Onze agrarisch recht experts hebben het antwoord. Neem dus gerust vrijblijvend contact met ons op.