Verhuizen en verbouwen: een recept voor ongevallen?

Blog

Schenkeveld Advocaten - verhuizers

Nu de huizenmarkt op volle toeren draait, wordt er veel verhuisd. De nodige familieleden en kennissen worden opgetrommeld om te helpen bij het klussen, verbouwen en sjouwen. Meestal gaat het goed, maar wat nu als het fout gaat?

Neef valt in openstaand kelderluik

De heer Jansen vraagt aan zijn neef hulp bij de verbouwing van de woning. Er moet een zware glazen deur verplaatst worden naar een andere kamer. Jansen loopt allereerst een inspectieronde om mogelijke obstakels weg te halen. Op enig moment (onduidelijk is wanneer) stuurt hij een WhatsApp bericht aan zijn vrouw om haar te waarschuwen voor een openstaand luik.

De heren gaan aan beide zijden van de deur staan, de neef loopt achteruit en Jansen loopt vooruit. Plotsklaps valt de neef in een openstaand kelderluik van de woning. De deur valt op zijn hand, met ernstig letsel tot gevolg.

De neef spreekt de heer Jansen aan voor het vergoeden van zijn letselschade. De heer Jansen beschikt overigens over een aansprakelijkheidsverzekering. Deze wijst de aansprakelijkheid af waardoor partijen zich tot de rechter wenden.

Kelderluik criteria

De vraag is of Jansen richting zijn neef een onrechtmatige daad heeft begaan. Om dit te kunnen beoordelen wordt getoetst aan de zogenaamde ‘Kelderluik-criteria’. Daarbij is (onder andere) van belang:

  1. In hoeverre de niet-inachtneming van de vereiste oplettendheid waarschijnlijk is;
  2. Hoe groot de kans is dat daaruit ongevallen ontstaan;
  3. Hoe ernstig de gevolgen van het ongeval kunnen zijn;
  4. In hoeverre het nemen van veiligheidsmaatregelen lastig is.

Aan de hand van de voorgenoemde criteria betoogt de neef dat er sprake is van een grove fout aan de zijde van Jansen. Bekend is dat een openstaand luik kan immers leiden tot een ernstig ongeval, terwijl het ongeval simpelweg te voorkomen is door het luik dicht te doen. Daarnaast heeft Jansen verzuimd om hem te waarschuwen, terwijl hij er wel aan dacht om zijn vrouw te waarschuwen.

Aan de andere zijde betoogt Jansen dat hij niet aansprakelijk is. Hij verwijst daarbij naar het ‘Verhuizende zusjes’-arrest, waarbij ook sprake was van een vriendendienst tijdens een verhuizing. De zusjes proberen gezamenlijk een kast de trap op te manoeuvreren waarbij een zusje met haar onderarm bekneld raakt tussen de trapleuning en de kast. In die zaak wordt de aansprakelijkheid door de rechter afgewezen. De rechter oordeelt dat het ongeval niet voorzienbaar is en dat het slechts een ongelukkige gang van zaken betreft (en dus geen onrechtmatige gedraging van de zus). Jansen vindt dat de feiten in deze zaak niet ver uiteen liggen, zodat ook in zijn zaak geconcludeerd moet worden dat sprake is van een ongelukkige samenloop van omstandigheden. Aldus zou Jansen niet aansprakelijk zijn.

Daarnaast stelt Jansen dat de neef zelf had moeten uitkijken waar hij liep. Hij had zich om kunnen draaien en het luik kunnen zien. Bovendien heeft de neef jarenlange ervaring in de bouw, waardoor hij zich bewust moet zijn van de risico’s op een bouwplaats. Jansen doet hiermee een beroep op de ‘eigen schuld’ van de neef, zodat Jansen niet (of slechts gedeeltelijk) aansprakelijk zou zijn voor het ongeval en hij niet de volledige schade van de neef dient te vergoeden.

Hoe oordeelt de rechter?

De rechter weegt alle feiten en omstandigheden tegen elkaar af en concludeert dat Jansen wel degelijk aansprakelijk is voor de schade als gevolg van het ongeval. De rechter acht met name van belang dat het ongeval simpelweg te voorkomen zou zijn door het luik te sluiten. Daarnaast staat vast dat Jansen had kunnen weten (of wist) dat het luik openstond. Hij heeft zijn vrouw immers wel gewaarschuwd, omdat de gevolgen van een valpartij ernstig kunnen zijn. Dat hij vervolgens zijn neef niet heeft gewaarschuwd komt voor zijn eigen rekening en risico.

Het eigen schuld-verweer van Jansen strandt eveneens. De rechter overweegt dat de neef niet kon verwachten dat het luik openstond. De neef mocht er immers vanuit gaan dat Jansen bij de inspectieronde het luik wel had ontdekt en had gesloten.

Tot slot

De voorgaande zaak leert dat het onderzoeken van de feiten en omstandigheden die aan een ongeval ten grondslag liggen van groot belang is. Het inschakelen van een advocaat kan verstandig zijn voor het waarderen van deze feiten. Overigens worden de redelijke advocatenkosten ná de erkenning van de aansprakelijkheid vergoed door de wederpartij.  Mocht u twijfelen over een aansprakelijkheidsvraag, leg uw situatie dan voor aan één van onze letselschade advocaten.

De zaak is gebaseerd op een niet gepubliceerde uitspraak.