ISR: een wedstrijd bewust verliezen hoeft geen matchfixing te zijn

Blog

Schenkeveld Advocaten - hockey

Medio november werd bekend dat de Delftse hockeyvereniging Ring Pass definitief is gedegradeerd uit de Hoofdklasse Zaal, na een controversiële wedstrijd tussen Bloemendaal en Laren in het vorige zaalseizoen. Ring Pass maakte na deze wedstrijd melding van matchfixing bij het Instituut Sportrechtspraak (ISR). Maar volgens het ISR is van matchfixing geen sprake.

De feiten: melding van matchfixing

Het ISR deed in deze zaak onderzoek naar een zaalhockeywedstrijd tussen Bloemendaal en Laren. In deze wedstrijd werd bij een 4-3 stand voor Bloemendaal door beide teams in de laatste anderhalve minuut niet meer gehockeyd. De reden hiervoor? Beide teams hadden aan deze uitslag genoeg om zich te handhaven in de hoogste zaalhockeycompetitie van Nederland. De uitslag was des te opmerkelijker omdat een eerdere wedstrijd tussen beide teams eindigde in 9-1 overwinning voor Bloemendaal. Ook toen was de uitslag precies genoeg voor Bloemendaal, die de wedstrijd met 8 doelpunten verschil moest winnen om rechtstreekse degradatie naar het tweede niveau te ontlopen.

Deze gang van zaken leidde tot grote verontwaardiging bij het Delftse Ring Pass, die hierdoor degradeerde. Volgens deze vereniging hadden Bloemendaal en Laren afspraken gemaakt over de uitslagen. Omdat Ring Pass er zeker van wilde zijn dat zij niet degradeerde door manipulatie van wedstrijden, maakte de club melding van matchfixing. De aanklager van het ISR startte naar aanleiding van deze melding een onderzoek.

tuchtreglement matchfixing

Voorafgaand aan het onderzoek concludeerde de aanklager eerst dat er geen sprake was van opvallende gokpatronen rondom de wedstrijd. Vervolgens vond het onderzoek plaats aan de hand van de definities van het ‘Tuchtreglement matchfixing instituut sportrechtspraak’. Dit reglement hanteert als definitie voor matchfixing:

“Matchfixing betreft de manipulatie van sportwedstrijden. Het gaat bij matchfixing om opzettelijke regelingen, handelingen of het nalaten te handelen gericht op het wijzigen van de uitslagen of het verloop van sportwedstrijden, teneinde het onvoorspelbare karakter van deze sportwedstrijden geheel of gedeeltelijk teniet te doen met het oog op het verkrijgen van een niet gerechtvaardigd voordeel voor zichzelf of derden.”

Onderzoek matchfixing

Na het onderzoek concludeerde de aanklager dat er in deze zaak geen sprake was van matchfixing. Uit het onderzoek was namelijk niet gebleken dat beide clubs voorafgaand aan de wedstrijd afspraken hadden gemaakt over de 4-3 eindstand. Ook de scheidsrechters en bondsgedelegeerde hadden niet het idee dat er afspraken waren gemaakt over het bereiken van een bepaalde eindstand.

Uit de beelden stelde de aanklager weliswaar vast dat spelers en trainers gedurende de anderhalve minuut dat er niet werd gehockeyd onderling overleg met elkaar pleegden, maar wat werd besproken kon niet worden vastgesteld. Ook hadden de speelsters zelf verklaard dat zij voornamelijk verbaasd waren over de gang van zaken, maar dat er geen sprake was van een afspraak om te stoppen met hockeyen.

De aanklager kon daarom niet met stellige overtuiging stellen dat er afspraken waren gemaakt met als doel de uitslag van een wedstrijd te beïnvloeden, zoals wel is vereist in artikel 8 lid 6 van het Tuchtreglement. Hij achtte het (meer) aannemelijk dat het beschreven incident spontaan ontstond.

Beroep

Hierop ging Ring Pass in beroep tegen het besluit. Volgens Ring Pass was er sprake van onvolledig en onvoldoende onderzoek en dus ook van een ondeugdelijk gemotiveerd besluit. Zo had de aanklager niemand van de bij de betreffende wedstrijd aanwezige speelsters van Ring Pass gehoord. Daarnaast had de aanklager geen onderzoek gedaan naar de eerdere wedstrijd die in 9-1 eindigde, terwijl de melding ook hiertegen was gericht. Tenslotte was Ring Pass van mening dat de uiteenzetting van de aanklager over de laatste twee minuten van de wedstrijd zeer suggestief en niet onderbouwd was.

Uitspraak tuchtcommissie

De tuchtcommissie stelt nu in de recente uitspraak voorop dat de aanklager bij zijn werkzaamheden een ruime mate van vrijheid geniet, en dat zij daarom het besluit terughoudend zal toetsen. De tuchtcommissie geeft vervolgens aan dat de aanklager na onderzoek tot de conclusie is gekomen dat er onvoldoende aanwijzingen zijn voor het bestaan van een vooraf gemaakte afspraak tussen Bloemendaal en Laren. In het licht van het toetsingskader van het Tuchtreglement komt de tuchtcommissie tot de conclusie dat de beslissing van de aanklager voldoende gemotiveerd en niet onbegrijpelijk is. Daarom handhaaft de tuchtcommissie het besluit en is Ring Pass definitief gedegradeerd.

Soortgelijke geval in het voetbal

In een soortgelijk geval kreeg de Heiloose voetbalclub HSV van de tuchtcommissie van de KNVB wél een straf opgelegd voor een opzettelijk verloren wedstrijd. In die wedstrijd, in 2018, verloor HSV de laatste competitiewedstrijd van het seizoen door Zaanlandia uit Zaandam te laten scoren, waardoor Zaanlandia de nacompetitie kon veiligstellen.

De tuchtcommissie van de KNVB achtte het bewezen dat HSV opzettelijk beneden zijn kunnen had gepresteerd door in de slotfase van de wedstrijd “opzettelijk te verliezen en/of bewust een eigen doelpunt te maken en/of geen (serieus) verzet meer te bieden ten gevolge waarvan de tegenstander (ongehinderd) meerdere doelpunten heeft kunnen maken.” Daarom kreeg HSV vier punten in mindering en greep de club alsnog naast de nacompetitie.

Vragen?

Heeft u hier vragen over? Advies nodig over tuchtrecht in de sport, of bijstand nodig bij een tuchtrechtelijke procedure? Neem dan gerust contact op met een van onze sportrechtspecialisten.