Voetbalkooien en overlast

Blog

Voetbalkooien en overlast

Volgens de website van de Afdeling zijn er 14 uitspraken gedaan in handhavingszaken, zaken over verleende vergunningen of over bestemmingsplannen waarin een voetbalkooi mogelijk wordt gemaakt. Op de website van de rechtspraak staan 52 uitspraken gepubliceerd waarin de voetbalkooi een rol speelt. Die uitspraken gaan over geluidsoverlast en de vraag of er geen sprake is van een aantasting van het woon-en leefklimaat als een voetbalkooi wordt geplaatst.

Verplichte weigeringsgronden

Het college komt aan de vraag of sprake is van een onevenredige aantasting niet toe, als het bouwen van een voetbalkooi in overeenstemming is met het bestemmingsplan. De aanvraag wordt dan beoordeeld op basis van artikel 2.10 Wabo. De vergunning moet worden geweigerd als een van de andere weigeringsgronden van dit artikel zich voordoet. Is dat niet het geval, dan moet de vergunning worden verleend door het college.

Woon- en leefklimaat

Is de aanvraag in strijd met het bestemmingsplan, dan moet het college volgens artikel 2.10 lid 2 Wabo beoordelen of de omgevingsvergunning kan worden verleend met toepassing van artikel 2.12 Wabo. De vergunning kan dan slechts worden verleend als de activiteit niet in strijd is met een goede ruimtelijke ordening. Op grond van de artikelen 3:2 en 3:4 Awb dient de vergunning zorgvuldig te worden voorbereid en moet het college de bij het besluit betrokken belangen afwegen. De vraag is dan of het college in redelijkheid de vergunning kan verlenen. In beroep kan dan worden beoordeeld of het college voldoende rekening heeft gehouden met de belangen van omwonenden bij een goed woon- en leefklimaat en ook of door het college voldoende onderzoek is verricht naar de te verwachten gevolgen van realisering van de voetbalkooi.

Voetbalkooi Bergen op Zoom

De rechtbank Zeeland-West-Brabant heeft recent uitspraak gedaan over een voetbalkooi.

Strijd bestemmingsplan

Een omwonende vindt dat ten onrechte een belangenafweging achterwege is gelaten. De voetbalkooi is volgens hem in strijd met het bestemmingsplan. Bovendien stelt hij dat de locatie waar de kooi wordt geplaatst, bij een logeerhuis voor mensen met een beperking, in strijd is met het bestemmingsplan. Daardoor is ook een voetbalkooi niet rechtstreeks toegestaan.

Ontheffing

De rechtbank overweegt dat voor de vestiging van het logeerhuis een ontheffing van het bestemmingsplan is verleend op grond van het toenmalige artikel 3.23 Wro. Bij nader inzien stelt het college dat het bestemmingsplan de vestiging van dit logeerhuis al rechtstreeks toestaat. De rechtbank sluit daarbij aan.

Gebruik voetbalkooi voor het logeerhuis

De vraag die zich vervolgens voordoet is of speelvoorzieningen zijn toegestaan. Een speelvoorziening is een bouwwerk in de zin van het bestemmingsplan. Het college heeft voldoende aangetoond dat de voetbalkooi ten dienste staat van het logeerhuis.

Voorschriften

Het gebruik van de voetbalkooi is daarnaast beperkt. Het college heeft aan de verleende vergunning voorschriften verbonden. Zo mag slechts 30 minuten per dagdeel gebruik worden gemaakt van de voetbalkooi en mag dat gebruik alleen maar plaatsvinden tussen 08.00 – 18.00 uur. Ook is de voetbalkooi op zondag gesloten. Het is verboden om te handelen in strijd met de voorschriften van de vergunning aldus artikel 2.3 onder b Wabo, zodat daartegen handhavend kan worden opgetreden.

Belangenafweging?

Volgens de rechtbank heeft het college terecht geoordeeld dat de voetbalkooi is toegestaan volgens het bestemmingsplan. Gelet daarop kan geen belangenafweging plaatsvinden, omdat de aanvraag wordt getoetst aan artikel 2.10 Wabo. De vraag of sprake is van een onevenredige aantasting van het woon- en leef klimaat is dan niet aan de orde. Zou de voetbalkooi wel in strijd zijn geweest met het bestemmingsplan, dan zou de vermeende aantasting door het college in de belangenafweging moeten worden betrokken. Deze omwonende vist hier echter terecht achter het net.

Heeft u vragen heeft over omgevingsvergunningen of de Wabo? Neem dan contact met ons op.