Aannemingsovereenkomst; klachttermijn bij gebreken

Blog

Wat moet een opdrachtgever doen als hij tijdig heeft geklaagd, de opdrachtnemer daarop de klachten heeft willen verhelpen, maar dat niet goed heeft gedaan?

Onderaanneming

Op grond van een gesloten overeenkomst van onderaanneming heeft een onderaannemer kozijnen en schuifdeuren geleverd en geplaatst voor een project van de aannemer. Op 29 september 2006 wordt het werk opgeleverd. Bij oplevering klaagt de aannemer over het hang- en sluitwerk van de deuren. De onderaannemer voert vervolgens herstel uit. Op 15 januari 2007 vindt een controle plaats van de afwerkpunten van de oplevering. Echter, de aannemer is nog steeds niet tevreden. De klachten worden vastgelegd in een proces-verbaal.

Verborgen gebreken

In de algemene voorwaarden van de onderaannemer werd bepaald dat binnen een termijn van zes weken geklaagd moest worden over verborgen gebreken. Voorts was daarin opgenomen dat rechtsvorderingen uit hoofde van verborgen gebreken 12 maanden na oplevering zijn verjaard.

Pas op 5 maart 2009 klaagt de aannemer opnieuw over het niet goed functionerende hang- en sluitwerk. De aannemer stelt dat zij inmiddels contact heeft gehad met de leverancier en dat de leverancier haar heeft medegedeeld dat het hang- en sluitwerk goed zou moeten functioneren. De onderaannemer wijst echter aansprakelijkheid af.

Schadevergoeding

De aannemer spant vervolgens een gerechtelijke procedure aan en vordert een schadevergoeding van de onderaannemer. Zowel de kantonrechter als het Hof wijst de vordering af. Het Hof overweegt dat de in de algemene voorwaarden opgenomen zes weken termijn op zichzelf niet onredelijk bezwarend is. Het Hof stelt dat de definitieve oplevering plaatsvond in maart/april 2007. Voor de aannemer ging op dat moment een nieuwe klachttermijn lopen. Als een partij naar aanleiding van klachten over een door haar verrichte prestatie herstelwerkzaamheden heeft verricht en de zaak daarna opnieuw aan de wederpartij ter beschikking heeft gesteld, moet die partij daarna opnieuw binnen een bekwame tijd klagen als hij nog niet tevreden is. Het Hof verwijst naar de uitspraak van de Hoge Raad van 29 juni 2007 (ECLI:NL:HR:2007:AZ4850). Nu de aannemer pas twee jaar later opnieuw heeft geklaagd, heeft zij de termijn van zes weken in zeer ruime mate overschreden.

De conclusie is dat de aannemer niet alleen opnieuw had moeten klagen, maar hij had dat ook moeten doen binnen de daarvoor door de onderaannemer gegeven termijn. Daarop stuit de vordering van de aannemer af.