Granulaat veroorzaakt schade aan het raadhuis van Haarlemmermeer

Blog
Schenkeveld Advocaten - Granulaat

De zaak tussen Sugar City Investments B.V. (SCI), de gemeente Haarlemmermeer en Neptune Amsterdam B.V.

Achtergrond van de zaak

Door verzakking is schade ontstaan aan het gemeentehuis van de gemeente Haarlemmermeer in Halfweg. Deze schade ontstond nadat vlak achter dat gebouw een grote hoeveelheid granulaat (vergruisd puin, 11 miljoen kilogram) was gestort, op 7 tot 10 meter afstand vanaf het gebouw. Hierdoor is een terp van granulaat ontstaan.

Volgens de gemeente is deze storting de oorzaak van de verzakking en zij vorderde schadevergoeding van SCI. SCI probeerde op haar beurt Neptune aansprakelijk te stellen en vorderde vrijwaring van eventuele schadeclaims van de gemeente. Neptune stelde dat SCI de locatie voor de storting had aangewezen en daarom verantwoordelijk was voor de gevolgen daarvan.

Oordeel van de rechtbank

In eerste aanleg verklaarde de rechtbank dat SCI aansprakelijk is voor de schade aan het raadhuis, en dat SCI de schade nader op te maken bij staat moest vergoeden. De vrijwaringsvorderingen van SCI tegen Neptune werden afgewezen.

De rechtbank vond dat:

  1. SCI verantwoordelijk was voor de wijze van uitvoering van de storting en de daarmee gerealiseerde terp;.
  2. SCI zich had moeten vergewissen van de benodigde geotechnische kennis, waaronder de draagkracht van de grond.
  3. Eventuele wetenschap van Neptune over de ongeschiktheid van de locatie de aansprakelijkheid van SCI niet kon wegnemen.

Hoger beroep

Het hof laat het vonnis van de rechtbank in stand. In het arrest stelt het hof dat het causaal verband tussen de storting van het granulaat en de schade aan het raadhuis voldoende was aangetoond door diverse deskundigenrapporten.

SCI had volgens het hof een zorgplicht tegenover de gemeente én had moeten nagaan of de storting van het granulaat geen schade zou veroorzaken aan het raadhuis. Ook als Neptune de locatie waarop gestort werd had aangewezen, dan ontsloeg dat SCI niet van haar eigen verantwoordelijkheid.

De stelling van SCI dat zij niet over de kennis van de belastbaarheid van de grond beschikte toen zij de grond naast het raadhuis belastte, gaat ook niet op. Het hof vindt dat het voor SCI – vanwege het enorme gewicht van het granulaat, de beperkte omvang van de opslaglocatie en de nabijheid van het raadhuis – voorzienbaar was, althans had moeten zijn, dat schade zou kunnen ontstaan. SCI had zich vooraf moeten vergewissen van de draagkracht van de grond, bijvoorbeeld door informatie in te winnen bij Neptune. Verder heeft SCI niet aannemelijk gemaakt dat zij geen kennis had van de belastbaarheid van de grond.

De vrijwaringsvorderingen van SCI tegen Neptune werden ook in hoger beroep afgewezen. Daarbij woog mee dat in de overeenkomst tussen SCI en Neptune juist was bepaald dat SCI Neptune zou vrijwaren voor schade als gevolg van het granulaat en de opslag daarvan. Neptune mocht dus erop vertrouwen dat eventuele schade voor rekening van SCI zou komen.

Eigen zorgplicht

 Het hof bevestigt dat een partij die werkzaamheden uitvoert in de nabijheid van kwetsbare eigendommen van derden, een eigen zorgplicht heeft. Die partij kan niet volstaan met het alleen volgen van instructies van zijn opdrachtgever. Als partij moet je zelfstadig nagaan of het handelen schade kan veroorzaken. Ook als een andere partij aanwijzingen geeft, mag zij die niet zonder meer opvolgen zonder de risico’s zelfstandig te beoordelen.

De zorgplicht en onderzoeksplicht kunnen niet contractueel of feitelijk worden afgewenteld op de opdrachtgever. Contractuele afspraken over vrijwaring moeten zorgvuldig worden geïnterpreteerd, en kunnen in dit geval de aansprakelijkheid richting derden niet beperken.

Heeft u vragen over schade en aansprakelijkheid bij bouwwerkzaamheden? Neem dan contact op met één van onze advocaten.